… een aardbeving en een tsunami.
Vandaag maar eens een blog over iets anders dan schrijven. Hoewel, de kans is groot dat de belevenissen van afgelopen weekend toch ergens in mijn verhalen opduiken. Je zou dit dus ook een blog over inspiratie kunnen noemen.
Naast schrijven en visual merchandisen, vul ik mijn tijd met slachtoffer spelen. Ik ben LOTUS, iemand die een opleiding heeft gevolgd waarin ziektebeelden worden aangeleerd en je leert hoe je wonden moet maken. Ik speel voor mijn EHBO-vereniging in Borne en doe mee aan Sigma-oefeningen.
Hoewel ik ook wel wat grotere oefeningen heb meegemaakt, valt dat allemaal in het niet bij wat er afgelopen weekend is gebeurd. Meer dan 36 uur lang werd er door drie internationale teams geoefend op Vliegveld Twente. Er was een aardbeving geweest, gevolgd door een tsunami en er waren verschillende locaties ingericht om bij dat scenario te passen. De foto’s zijn indrukwekkend, maar als je er echt langsreed… Dat gevoel kan ik moeilijk overbrengen. De chaos en puinhopen, het is iets wat je gewoonlijk alleen op tv ziet en ineens is het ‘echt’. En dan bedenk je je niet veel later dat je daartussen moet gaan spelen.
Ik kan uren vertellen over wat ik in de 18 uur dat ik moest spelen allemaal heb meegemaakt en ik vrees dan ook dat dit een lang verslag gaat worden. Toch zal ik proberen om het kort te houden door alleen enkele hoogtepunten te belichten. Maar waar begin je dan? Vertel ik over wat ik allemaal heb meegemaakt of juist over wat het meeste indruk op me heeft gemaakt? Of een combinatie van beiden?
[youtube=http://www.youtube.com/watch?v=AHaKnnhcsXw]
Ik begin wel bij de zaterdagavond. Ik had er al een paar uren spelen opzitten en dit was mijn tweede rol. Ik was uit een ingestort winkelcentrum gehaald met een gebroken arm en naar het noodhospitaal gebracht dat het team uit Estland had opgezet. Ik werd op een bedje gelegd en voor ik het wist, kreeg ik gips om. Ik was maar kort buiten geweest, maar was wel koud geworden. Dat de artsen de kleding van mijn bovenlijf hadden geknipt, maakte het natuurlijk alleen maar erger.
Maar wat had ik een zorgzame arts met heerlijk warme handen. Hij streelde mijn gezicht om me gerust te stellen en hield mijn hand vast. Dat deed mij al zo ontzettend veel, moet je nagaan dat je daar echt als slachtoffer ligt en net al die ellende hebt meegemaakt. Waarschijnlijk heb je uren, zo niet langer, vastgezeten onder het puin. Dan is die warmte en die troost een onbetaalbaar geschenk.
Terug in de grimeerruimte bleek dat ik veel had gemist. Mijn collega slachtoffers hadden onder het puin gelegen en waren opgespoord door honden. Het was voor sommigen best een beangstigende ervaring, zo onder het puin en alle geluiden die je dan hoort en het gevoel dat de boel kan instorten (wat natuurlijk niet kan, want alles was zorgvuldig opgebouwd), toch was ik erg jaloers dat ik dat niet had meegemaakt.
De zondag begon ik dus met een missie. Ik wilde ergens in (het liefst onder de grond) en ik wilde alle hoeken van het noodhospitaal zien. Ik kwam om 9.00 uur aan en moest iemand aflossen die een zwangere vrouw moest spelen. Daar zag ik wel tegenop, want er waren een paar rollen waarbij je ook weeën moest spelen. Het leek me een genante ervaring om dat te moeten doen. Veel keuze heb je tijdens zo’n weekend echter niet. Er komt telkens iemand binnen die om een slachtoffer vraagt. Als jij dan voorhanden bent, speel je die rol.
Ook deze dag begon met een kleine rol. Nadat ik een vliegtuigongeluk had overleefd en een kort bezoek aan het noodhospitaal had gebracht, keerde ik terug naar de grimeerruimte. Ik had net warme chocolademelk gemaakt, toen er slachtoffers naar de kinderopvang moesten. Ze vertelden ons dat je daarvoor in een voormalige kerosinetank moest kruipen. Tijd voor actie, dus. Nog steeds zwanger en nu met een gebroken been, ging ik met een andere zwangere vrouw op pad.
We verwachtten in een kleine ruimte terecht te komen, maar zo’n tank is zo’n 8 meter hoog en 10 meter in doorsnee. De enige ingang was via een even hoge ladder. Die voelde niet heel stevig aan als je daarlangs met z’n tweeën naar beneden klom. Dus moesten we in een harnas en onszelf steeds zekeren.
Wat ik nog moet vertellen, de oefening was op dat moment al dik 30 uur aan de gang en de USAR (Urban Search And Rescue) teams hadden geen rust gehad. Zij kwamen via een andere kant de tank binnen, waar ze puin hadden weggehaald tot ze er zelf net door konden.
Wat een helden zijn die mensen. Zelfs na al die vermoeiende dagen, bleven ze oog houden voor de slachtoffers. Een Litouwse vrouw was mij en de andere zwangere vrouw aan het helpen, toen ze hun materiaal van 8 meter hoog in de tank lieten vallen. Toen ik daarvan schrok en riep dat er weer een aardbeving was, kalmeerde ze me meteen. Ze begreep direct waar ik het over had.
Nu klinkt dat misschien niet zo verwonderlijk, maar je kunt je wellicht het lawaai voorstellen in een metalen tank waar mensen lopen, slachtoffers schreeuwen en waar druk wordt overlegd. Alles galmt nog lang na. Die knal van de zak die op de vloer landde, was dus niet het enige geluid. Steek je hoofd maar eens in een olievat en laat iemand kloppen op de buitenkant terwijl je hardop praat, dan krijg je een beetje een idee van de geluiden die daar constant waren.
Ik begon deze blog met de opmerking dat het deze keer niet over schrijven zou gaan. Maar slachtoffer spelen, is natuurlijk ook verhalen vertellen. Terwijl ik in die tank lag, had ik alle tijd om mijn verhaal te overdenken. Ik besloot dat ik mijn kind niet meer voelde bewegen. Ik kwam onrustig overeind en riep de vrouw terwijl ze langsliep. Ik lag in een donkere hoek en door al het lawaai klonk ik niet echt duidelijk, denk ik. Toch merkte ze me meteen op en kwam naar me toe. Ze stelde me gerust dat het kindje misschien sliep. Iets anders kon ze ook niet voor me doen.
Ik heb me daar beneden ook erg vermaakt met het kijken naar hoe de redding in zijn werk ging. Mannen takelden zichzelf omhoog langs die ladder, met reddingspoppen achter zich aan. Vanuit het duister gingen ze het licht aan de hemel tegemoet. Het ronde gat in het plafond was de poort naar veiligheid.
De ernstige slachtoffers werden in een brancard horizontaal omhoog getakeld. Helaas mochten wij uit veiligheidsredenen niet zo gered worden. Begrijpelijk, maar ik had het best een uitdaging gevonden. Wij moesten zelf langs de ladder omhoog klimmen, gezekerd en wel. Het laatste stukje werd ik geholpen door twee Litouwers. Ik werd naar een Portugees veldhospitaal gedragen en daar opgevangen, voor ik weer door kon naar het noodhospitaal van Estland.
Ik hield vol dat ik mijn kindje niet meer voelde. Omdat ik de weeën wilde vermijden, heb ik gezegd dat ik geen buikpijn had of alleen maar een klein beetje. Ik wist niet zeker of dat verhaal geloofwaardig was, maar het hield de hulpverleners wel bezig. Er werd druk in het Estlands gediscussieerd. Ik nam tenminste aan dat het over mijn zwangerschap ging, want dat gebroken been vond ik zelf niet zo ernstig. Aan mijn gebroken arm van de vorige dag werd immers ook niet zoveel aandacht besteed.
Daarna werd ik verder de tent in gereden. Als je op een brancard ligt, zie je natuurlijk alleen maar het plafond, dus ik had geen idee waar ik naartoe werd gebracht. Dat werd snel duidelijk toen ik de ronde lampen zag en de mannen in blauwe uniformen met mondkapjes voor. Ik kwam op de operatiekamer terecht.
Toen schrok ik wel even, want ik dacht dat het voor het kind zou zijn. Dat ze het misschien zouden halen, dat ik toch een bevalling moest gaan spelen of dat er een eng onderzoek zou komen. Ik nam aan dat ze mijn ondergoed aan zouden laten, maar toch…
Het bleek gelukkig voor mijn been te zijn. Dus kon ik lekker gaan slapen terwijl ik geopereerd werd. Nou word je natuurlijk niet echt geopereerd, maar ze houden de OK wel bezet zolang een operatie duurt. Ik lag dus op een bed met een deken over terwijl het medische team naast me zat. Mijn been was niet bedekt en in die tank was het erg koud geweest. Iemand merkte dat mijn voet heel koud was en deed daar een doek omheen. Even later voelde ik dat hij of zij nog een keer controleerde of ik al wat warmer werd.
Juist die kleine dingen, daar was ik zó van onder de indruk. De opmerkzaamheid, zelfs na al die tijd. Er werd echt naar je geluisterd en er werd ingegaan op je emoties.
Ik werd weer bijgebracht uit de narcose en mocht naar de ziekenzaal. Nadat het spel was afgelopen, kwam de zuster bij me. Ze zei dat mijn kindje was overleden en dat het vanzelf geboren zou worden. Ik heb mijn verhaal bij haar gecheckt en het bleek gelukkig wel geloofwaardig. Dat weet ik dan weer voor de volgende keer.
Dat was het einde van een geweldig weekend. Ik ben diep onder de indruk van de hulpteams die dit weekend op het vliegveld waren. Dat je zo vermoeid en na zo’n tijd nog zo serieus kunt omgaan met een stel Nederlanders die spelen dat ze gewond zijn en je aandacht opeisen. En dat je zelfs dan nog oog hebt voor al die kleine dingen die een slachtoffer geruststellen. Echt geweldig.
Ik zou volgende week zo weer meedoen als dat zou kunnen. Wat zeg ik, als ze me nu bellen, sta ik over een uurtje klaar.
Hier vind je mooie foto’s van de oefening.